woensdag 20 maart 2013

De grote wereld - Arthur Japin

De auteur: Arthur Japin
De titel: De grote wereld
Jaar van uitgave: 2006
Aantal pagina's: 87
Uitgeverij:''De grote wereld'' was een boekenweekgeschenk van de boekenweek van 2006.

De auteur. 
Arthur Valentijn Japin is geboren in Haarlem op 26 juli 1956. Hij ontwikkelde al van jongs af aan zijn eigen fantasie wereld doordat hij zowel mentaal als fysiek op vroege leeftijd werd gepest. Toen Arthur 12 jaar was pleegde zijn vader zelfmoord en het pesten ging door tot zijn zestiende. Om te ontsnappen van al dat pesten en die vreselijke gebeurtenis met zijn vader, maakte hij zijn eigen fantasie wereld. Na de middelbare school vertrok Arthur naar Londen waar hij naar een toneelschool ging. Nadat hij zijn opleiding had afgerond kreeg hij verschillende rollen in tv series, bijvoorbeeld in Flodder. In 1978 stopte hij daarmee en begon te schrijven. In 2004 ontving hij de Libris Literatuur Prijs voor zijn boek ''Een schitterend gebrek'' en in 2006 schreef hij ''De grote wereld'' als boekenweekgeschenk. Het boek werd ongeveer 813000 keer gedrukt.  














Samenvatting. 
Het verhaal gaat over de lilliputter Lemmy. Het speelt zich af voor de Tweede Wereldoorlog in het Duitse stadje Marchenstad Lilliput. Het stadje bestaat volledig uit mensen die aan dwerggroei lijden. Zijn ouders hebben hem voor zijn tienerjaren heel erg beschermd voor de buitenwereld en zo kwam hij niet te weten dat zijn lengte en de mensen waar hij mee woonde, geen ''gewone mensen'' waren met een ''normale lengte''. 
De avond voordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak stellen de nazi's een verbod in op dwergstadjes. Lemmy en zijn grote liefde Rosa worden uit hun woning gezet en Marchenstad Lilliput wordt gelijk gemaakt met de grond. Lemmy en Rosa moeten in 1939 zich redden in de algemene maatschappij. Even later vinden ze onderdak bij een vrouw, genaamd Frau Moncau, die werkt in een soort theater. Ze vindt een krantenartikel waarin wordt gevraagd naar lilliputters die mee willen doen met een rondtrekkende show in Groot-Brittannië. Rosa wil graag meedoen en een dansnummer instuderen zodat ze mee kunnen doen. Lemmy vraagt zich alleen af of hij dit wel wil. Wilt hij net zoals zijn ouders worden gezien als onderzoeksobject en circusact? Wil hij nog langer als bezienswaardigheid worden gezien om zo in de smaak te vallen ''in de grote wereld''? Ook al heeft hij zo z'n twijfels, Rosa ziet dit als hun enige realistische kans in de ''buitenwereld''. 


Mijn mening. 
Ik vond het een leuk, apart en interessant boek. De hoofdpersoon is eigenlijk een soort van buitenstaander, terwijl wij nu lilliputters gewoon als gewone mensen zien. De wereld wordt beschreven als de wereld hoe je die ziet als lilliputter. Er wordt ook beschreven dat er raar wordt gekeken naar een lilliputter. Vroeger schrokken er mensen zelfs van als ze een lilliputter zagen. Het is een niet zo'n dik boek, dus je komt er snel doorheen. Doordat het boek niet zo lang geleden is gepubliceerd is het taalgebruik ook niet zo moeilijk. 
Ik raad het aan als je niet zo van de dikke boeken bent en als je van leuke, aparte verhalen houdt.


Recensies. 
In het NRC van dinsdag 14 maart 2006 recenseert Arjen Fortuin het boekenweekgeschenk: 
“Het Boekenweekgeschenk is ook een echte Japin in de keuze voor een buitenstaander als hoofdpersoon. De lilliputters in De grote wereld laten zich vergelijken met de Afrikaanse prinsjes uit De zwarte met het witte hart en de door de pokken getekende Lucia uit Een schitterend gebrek. Aanpassen of niet aanpassen, is daarbij de vraag. Als hij de VS verlaat, krijgt Lemmy de opdracht van zijn grootmoeder zichzelf niet te verloochenen: 'Als je mouwen te kort zijn, hak je dan je handen af zodatje jasje beter zit?' Het is een advies dat iedereen graag zou onderschrijven, maar juist in de aantrekkelijkheid van die moraal schuilt de keerzijde van De grote wereld. Want waar de menslievendheid van Japin hem in staat stelt de pijn van zijn personages voelbaar te maken, ga je inde loop van het verhaal een bite missen. Al het kwade in de, grote en kleine, wereld lijkt afkomstig te zijn uit onbenoembare collectieven – of het nu de nazi's zijn of de wetten van de markt. Die overvloed aan goede bedoelingen maakt op den duur een beetje wee.

In De Volkskrant van woensdag 15 maart 2006 concludeert Arjan Peters over het boekenweekgeschenk het volgende: “Japin baseerde zich op historische gegevens, maar zijn verhaaltje is een gladde moraliteit waarmee hij wil benadrukken wat hij zo dikwijls verkondigt: de normale mensen maken zich vrolijk over minderheden en lieden die anders zijn, om hun eigen tekortkomingen te verlichten. Zíj zijn de kleinzieligen. Poeslief en in een geparfumeerde stijl, waarmee hij zich afficheert als een poor man's Couperus, breekt Japin een lansje voor de verdrukte medemens. Soms rammelt zijn Nederlands ('Miss Mazeppa tergde meer dan ze uittrok'), soms vertilt hij zich ('Het soort problemen dat hun dochter te wachten stond kenden zij hooguit uit een nachtmerrie. Die waren van een magnitude die buiten hun competentie viel'), maar boven alles uit ruist zijn mierzoete lier: 'Soms was het net alsof er tussen het rondritselende vuil nog ergens een lach van de vorige avond roezemoesde.' Japin is een Goliath die op zijn hurken gaat en twee dwergen aait. Ondermensen? Wóndermensen, van wie de inwoners van de grote wereld nog heel wat kunnen leren. Onder Japins handen worden alle conflicten boterzacht. Alleen geschikt voor wie bereid is zich te laten wiegen door een weke sprookjesverteller."