donderdag 25 oktober 2012

Ridderliteratuur

Ridderliteratuur
1. Welke functies had ridderliteratuur? Noem er twee.

- Ridderliteratuur werd geschreven om het volk te vermaken.
- De verhalen hadden meestal een boodschap.


2. Over welke onderwerpen gaan de ridderromans? Noem er vier.

- Gevechten of strijd"
- Vrouwen
- Bescherming van de leenheer / trouw aan de leenheer
- Lange tochten


3. Er zijn twee soorten ridderromans: de Artur– en Karelromans. Noem de kenmerken van de Arturroman. Noem de kenmerken van de Karelroman. Leg het verschil ertussen uit.

Kenmerken van de Karelromans:
- Er komen veel sprookjesmotieven voor.
- Ze zijn erg trouw aan de koning.
- Het word erg benadrukt dat de mannen super sterk zijn.
- Er is weinig respect voor de vrouwen.
- God staat centraal.
- Erg gewelddadig.       



Kenmerken van Arthurromans:
- Ze hebben veel respect voor de vrouwen (hoofse liefde).
- Meer sluwheid dan kracht.
- Ridders van de tafelronde.





Karelromans


4. Wat is de reden dat Karel uit Karel ende Elegast uit stelen gaat

De nacht voor de hofdag krijgt hij is zijn slaap een droom. In zijn droom krijgt hij bezoek van een engel. De engel zegt dat hij moet gaan stelen, als hij dit niet doet zal hij dood gaan. Eerst nam hij de engel niet serieus. Maar de engel herhaalt de opdracht 3 keer. Na drie keer is Karel overtuigt en hij gaat uitstelen.


5. Beschrijf in maximaal tien woorden wat je hiervan vindt.

Ik vind het niet goed, maar begrijp het wel.


6. In vraag 3 heb je het verschil genoemd tussen Karelromans en Arturromans. Leg nu uit m.b.v. drie voorbeelden waarom Karel ende Elegast tot de Karelromans behoort.

Het verhaal van Karel ende Elegast hoort bij de Karelromans omdat:

- Het gaat over engelen en dat heeft te maken met een god.
- Karel bleef vanaf het eerste moment trouw aan de koning.
- Hij wat toverkunsten kenden. En in Karelromans kwamen veel sprookjesmotieven voor en toverkunsten zijn natuurlijk sprookjes.


7. Noem 3 romans die tot de Karelromans horen.

1. Floris ende Blancefloer
2. Roelantslied
3. Karel ende elegast


8. In het Roelantslied zijn twee ridders. De ene is trouw, de andere ontrouw aan koning Karel. Wie zijn deze ridders? Geef in maximaal 30 woorden weer hoe ze handelen.

De ridders zijn Roeland en Olivier. Roeland is het neefje van Koning Karel. En Olivier is de beste vriend van Roeland. Roeland is de trouwe ridder, en Olivier de ontrouwe.




9. Leg uit waarom het Roelantslied een Karelroman is. Noem drie elementen.

Het Roelantslied is een Karelroman omdat:
- Natuurlijk omdat Karel de Grote erin voorkwam.
- Ze hadden geen respect voor de vrouwen.
- Er word gestreden en dit word erg naar voren gehaald.




10. Ga naar de Fokke en Sukke bij het hoofdstuk ‘ridderliteratuur’ van ‘De middeleeuwen in 20 hoofdstukken’ op literatuurgeschiedenis.nl Becommentarieer deze Fokke en Sukke in ongeveer 100 woorden. Waar dient een maliënkolder voor?

Het dient voor bescherming. Het is namelijk een soort shirt van ijzeren ringentjes. De voorloper van het kogelvrije vest van nu.








 
 
 
 
 
Arturromans


11. Wie was Ferguut?

Ferguut was of is de hoofdpersoon uit de MiddelNederlandse Arthurroman die vertaald werd uit een OudFranse Arthurroman. Ferguut was een boeren zoon die graag ridder wilde worden. Hij reist koning Arthur achterna op zijn paard. Om ridder te worden moet hij de Koning zijn grootste vijand, de Zwarte ridder, verslaan.


12. Ferguut behoort tot de Arturromans. Wie is de uitvinder hiervan?

De uitvinder van Ferguut is Chrétien de Troyes.


13. Leg uit hoe je ridder kon worden. Doe dit m.b.v. het verhaal van Ferguut.

Om een ridder te worden moest je een man zijn, uit een adellijke familie komen en zo vroeg mogelijk beginnen met je opleiding. Daarom werden de jongens al vanaf 7 jaar naar een ander kasteel gestuurd en leerden ze daar tafels dekken en kregen ze les in goede manieren. Vechten leerde je van een soldaat en het eerste paard van een jongen was een houten paard dat op wieltjes stond. Met een bezem oefenden ze op het paard, zodat ze te paard konden aanvallen. Je werd schildknaap als je 14 jaar was en nadat je 4 jaar schildknaap was geweest werd je ridder. Voordat je met een zwaard tot ridder werd geslagen werd er een nachtwake gehouden.


14. Noem vier films die over ridder Artur gaan.
- Merlin
- Excalibur
- First Knight
- King Arthur


15. Noem de namen van vier ridders die een grote rol spelen in Arturromans.
- Galaad
- Walewein
- Lancelot
- Guinevere


16. Lees hoofdstuk vier tot en met zes door van:www.koningartur.nl: Middeleeuwse Literatuur
Wat was ‘de (heilige) graal’? Welke functie had deze graal in veel Arturromans?


De Graal had eigenlijk veel ‘betekenissen’ :
- Bij Chrétien is de Graal een schotel die licht uitstraalt
- In andere middeleeuwse verhalen is het de schotel die door Christus bij
het Laatste Avondmaal werd gebruikt.
- Volgens een andere traditie ving Jozef in de Graal het bloed op van
Christus, toen men hem aan het kruis met een speer stak. Jozef zou de
Graal naar Engeland hebben gebracht en waar Jozef allemaal rare
mysteries veroorzaakte.

Heel veel Ridders gingen opzoek naar de Graal. Maar eigenlijk kon alleen een
werkelijk volmaakte ridder die zoektocht volbrengen.


17. Noem de kenmerken van hoofsheid.
- Dragen van correcte kleding
- Goede tafelmanieren
- De wijze van vechten
- De omgang met anderen
- Houdt rekening met de ander
- Weet zichzelf te beheersen
- Moet bereid zijn als de wensen van de dame te vereren
- Moet bereid zijn om de dame te dienen
- Moet bereid zijn om pijn voor de dame te lijden.
- Moedige, sterke en slimme ridders

18. Omschrijf het onhoofse gedrag van Ferguut.

Ferguut is geen hoofse ridder. Hij begrijpt de hoofse conversatie niet en weet ook niet wat hoofse liefde is. Hij wees namelijk Galiene af, hij ging liever vechten.

19. Je bent een leerling van deze tijd, maar stel je even voor dat je je gedraagt als een hoofse ridder op het Vechtstede College! Hoe zou je gedrag op school dan veranderen? Verwoord dit in maximaal 50 woorden.

Nou ik ben een meisje dus eigenlijk zou ik natuurlijk geen ridder kunnen zijn. Maar als ik een ridder zou zijn, zou ik trouw zijn aan de koning, dus misschien zou ik dan trouw zijn aan de directeur of aan de leraren. Ik zou hele goede manieren hebben. En ik zou de correcte kleren aan hebben. Ik zou me ook goed gedragen tegenover meisjes, ik zou indruk op ze willen maken. De deur voor ze openhouden en dat soort dingen.


20. Noteer een fragment (max. 5 regels) uit een middeleeuwse tekst die jou aanspreekt. Leg uit waarom je dit fragment gekozen hebt.

In een roestig harnas reist hij Arthur en zijn gevolg op een boerenpaard achterna. Uitgelachen door de ridders aanvaardt hij de uitdaging om de vijand van de koning, de Zwarte ridder, te zoeken en te verslaan. Een van zijn avonturen is de strijd tegen de afschuwelijke, meterslange heks Pantasale, die het kasteel bewaakt waar een wit magisch schild hangt.
Dit is niet echt een middeleeuwse tekst, maar dat was het wel. Het is nu vertaald in het Nederlands en in moderne taal. Het was eerst namelijk Frans.
Ik heb dit fragment gekozen omdat ik sit soort verhalen altijd leuk vind om te horen. En als je dit zo leest wil je graag weten hoe het afloopt. Maar ik mag maar 5 zinnentjes neer zetten dus hoe het afloopt kan er niet meer bij :)


Ik heb deze opdracht samen met Anna gemaakt